Vooraleer kinderen gaan lopen, zijn er ontzettend veel verschillende manieren waarop ze zich voortbewegen. In dit artikel gaan we het over alle mogelijke vormen van voortbewegen hebben.

Voor kinderen gaan lopen zijn er ontzettend veel manieren hoe ze voortbewegen. In dit artikel gaan we het over alle mogelijke vormen.

Voortbewegen: Rollen

De allereerst vorm van voortbewegen die we bij kinderen zien, is rollen. Sommige kinderen zijn hier al best vroeg mee en rollen rond de vier maanden voor het eerst bewust van rug- naar buikligging. Het liefst zien we omrollen van rug naar buik uiterlijk rond de zes maanden. Wanneer spreken we van ‘bewust’ rollen? Dat is wanneer je kindje gecontroleerd op zijn zij rolt, actief op zijn armen steunt en het hoofd optilt. Wanneer een kindje zich vanuit strekken als een banaan omrolt, is dat niet bewust. Dat komt vaak voort vanuit stress of spanning en is geen echte aangeleerde motorische taak.

Sommige kinderen leren al vrij vlot om terug te rollen. Vaak gebeurt dit de eerste paar keer volkomen per ongeluk en ‘overkomt’ het kinderen ook echt. Na een paar keer oefenen gaan ze het bewust doen en kunnen ze dus rollend de woonkamer door.

Voortbewegen: Tijgeren

Een andere variant van voortbewegen is tijgeren. Dat is in buikligging met armen en benen ‘zwemmen’ over de vloer om zo vooruit te komen. De term tijgeren komt eigenlijk uit het leger, waar militairen onder een net of laag gespannen touwen of kabels moeten buikschuiven. Om vooruit te komen, moet je ofwel met beide armen tegelijk ofwel met je armen om de beurt naar voren bewegen en ze vervolgens als het ware weer naar je toe trekken, waardoor je naar voren schuift op je buik.

Tijgeren begint bij baby’s eigenlijk altijd in achterwaartse richting. Het is namelijk makkelijker om jezelf weg te duwen dan om je gewicht naar voren te verplaatsen. Kinderen komen daarom ook vaak vast te zitten onder stoelen, tafels of andere meubels. Ze botsen er met hun benen tegen en weten nog niet hoe ze voorwaarts kunnen bewegen.

Voortbewegen: Kruipen

Van tijgeren gaan kinderen vaak langzaam over naar kruipen. Ze hebben al flink wat kracht in hun armen en heupen nodig om überhaupt in kruiphouding te kunnen blijven staan. Bij kruipen bewegen de ledematen bijna altijd asymmetrisch. Er zijn echter ook kinderen die symmetrisch kruipen. Beide armen en benen doen dan steeds hetzelfde. Dat noemen we ‘kikkerend kruipen’.

Billenschuiven van kinderen

Billenschuiven is de enige variant die ik eigenlijk niet graag wil zien. Kinderen die billenschuiven, slaan vaak alle bovenstaande vormen van voortbewegen over. Dit komt omdat ze te vroeg op hun billen worden gezet en ze niet zelfstandig kunnen gaan zitten. Bij een normale ontwikkeling verlopen zitten en kruipen vaak redelijk parallel, maar als je een kind al heel vroeg op de billen zet, voelt het geen noodzaak om te gaan rollen, tijgeren of kruipen en zal het zich in zit gaan voortbewegen.

Kinderen die billenschuiven, lopen gemiddeld pas tussen de 22 en 24 maanden. Kinderen die via rollen, tijgeren en kruipen gaan staan, lopen gemiddeld tussen de 11 en 18 maanden.

Lopen

Tadaa! De laatste en leukste variant van voortbewegen is lopen. Hierbij zijn de handen vrij en kunnen kinderen ook daadwerkelijk speelgoed meenemen. Hun armen zijn immers niet meer nodig om zich voort te bewegen.